Nieuwsitem

Twee jaar ziek vlak voor het bereiken AOW-leeftijd: recht op volledige transitievergoeding?

Ja zegt de Hoge Raad!

Werknemers van wie de arbeidsovereenkomst wordt opgezegd wegens twee jaar arbeidsongeschiktheid, hebben recht op de volledige transitievergoeding. Dit geldt ook indien de werknemer ten tijde van het ontslag bijna de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt.

De feiten

Werknemer is sinds augustus 1978 als docent in dienst van een school. Juni 2014 wordt de docent volledig arbeidsongeschikt verklaard. In 2016 wordt door het UWV toestemming verleend om de arbeidsovereenkomst wegens twee jaar arbeidsongeschiktheid op te zeggen. Op 30 april 2018 bereikt docent de AOW-gerechtigde leeftijd.

Bij de kantonrechter maakt de docent aanspraak op de (volledige) transitievergoeding. De kantonrechter oordeelt dat de toekenning van de volledige transitievergoeding in dit geval op grond van de redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is en kent een transitievergoeding van € 25.000,– toe.

In hoger beroep komt het Hof tot een ander oordeel. Aan de docent wordt de volledige transitievergoeding ad € 73.514,42 toegekend. Het Hof is de mening toegedaan dat er geen grond aanwezig is om  te oordelen dat de betaling van de volledige transitievergoeding in dit geval op grond van de redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.

Waarom zegt de Hoge Raad ja?

Rechters moeten bij de beoordeling of toepassing van wettelijke regels terughoudend zijn als het gaat om het toetsen aan de maatstaven van redelijkheid en billijkheid (artikelen 6:2 lid 2 en 6:248 lid 2 BW). Dit geldt te meer nu de wettelijke regeling van de transitievergoeding (artikel 7:673 BW) een regel van dwingend recht is.

De transitievergoeding is een forfaitaire vergoeding waarop werknemers die twee jaar arbeidsongeschikt zijn ook recht hebben.

Aan de hand van de wetsgeschiedenis komt de Hoge Raad tot de conclusie dat in het geval een werknemer wegens twee jaar arbeidsongeschikt vlak voor het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd wordt ontslagen, hij aanspraak kan maken op een volledige transitievergoeding.

De wetgever heeft er niet voor gekozen om een afbouwregeling op te nemen zoals die werd toegepast in de tijd van de kantonrechtersformule.

Bron Hoge Raad 5 oktober 2018

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:HR:2018:1845